Mag een groep voetgangers op de rijbaan stappen? Moeten ze dan achter elkaar lopen of met zijn tweeën naast elkaar? Moet een groep altijd gebruikmaken van de oversteekplaatsen voor voetgangers? Hoe kunnen ze ervoor zorgen dat ze ook in het donker goed opvallen?



Laat ons eerst en vooral benadrukken dat iedere voetganger zich aan het Verkeersreglement moet houden (art.1)! In de folder Veilig op stap, uitgegeven door het BIVV, in samenwerking met een scoutsvereniging, staat een aantal praktische tips voor diegenen die groepen jongeren moeten begeleiden. Let wel, de folder richt zich niet tot mensen die gemachtigd zijn om het verkeer te regelen (zoals verkeersregelaars bij een wielerkoers of opzichters die bevoegd zijn verklaard door de gemeente), maar tot mensen die (af en toe) verantwoordelijk zijn voor de veiligheid van een groep kinderen: ouders, opvoeders, leiders van een jeugdbeweging, enz. Die aanbevelingen luiden als volgt:





Met het oog op de veiligheid moeten de verantwoordelijke begeleiders ervoor zorgen:

  • dat de groep zich naast de rijweg voortbeweegt en op veilige afstand van het verkeer blijft (op het voetpad, op het deel van de rijweg dat voor voetgangers is voorbehouden of op de begaanbare verhoogde berm, en, als dit niet mogelijk is, op de begaanbare gelijkvloerse berm). Dit is verplicht als de groep uit minder dan 6 personen bestaat en zo veel als mogelijk in het geval van grotere groepen.
  • dat, bij gebrek aan voetpaden of begaanbare bermen, de groep zich op het fietspad begeeft (in het geval van kleine groepen), maar steeds voorrang verleent aan fietsers en bromfietsers.
  • dat, als er echt geen andere mogelijkheid is, de groep zich op de rijweg begeeft aan de linkerkant, en iedereen achter elkaar loopt (of in het geval van grote groepen, met zijn tweeën naast elkaar, echter zonder meer dan de helft van de rijstrook in beslag te nemen) en de groep op veilige afstand van het verkeer blijft. Omwille van de goede zichtbaarheid (in een bocht, bij wegenwerken ...) is het soms aangewezen om aan de rechterkant van de weg te stappen.
  • dat de groep alleen oversteekt als het verkeerslicht voor voetgangers (als dat aanwezig is) op groen staat. Wanneer het licht halverwege op rood springt, moeten de overige kinderen wachten met oversteken tot het licht weer groen is.
  • dat de groep altijd oversteekt op een oversteekplaats voor voetgangers als die zich op minder dan 30 meter afstand bevindt.
  • dat, wanneer er geen oversteekplaats voor voetgangers in de buurt is, de groep de weg oversteekt op een plaats waar de kinderen goed zichtbaar zijn, zowel voor de automobilisten als voor de begeleiders van de groep. Automobilisten moeten in dat geval wachten tot de hele groep is overgestoken.
  • dat de kinderen reflecterende kleding of accessoires dragen. Ook moet de groep, als het donker is of als de zichtbaarheid is beperkt tot 200 m (bv. bij mist), twee lichten meedragen: als de groep aan de linkerkant van de weg loopt (dus tegen de rijrichting in), moet iemand rechts vooraan een rood licht dragen en rechts achteraan een geel of wit licht; als de groep aan de rechterkant van de weg loopt, moet iemand links vooraan een wit of geel licht dragen en links achteraan een rood licht.
Je vraag blijft onbeantwoord? Contacteer Lokale Politie Ronse via het contactformulier of telefonisch via 055 33 70 33.